Tagarchief: Avatamsaka sutra

Vijf gangbare werkelijkheden – feiten en logica 8


Carla, Man en Narrator zitten aan de Piazza di Santa Croche voor hun lunch.

“Hebben wij met onze inleiding de bestaande wetenschap tekort gedaan?”, vraagt Man.

“Zeker, want de bestaande wetenschap is evenals de klassieke logica “het sterkst samenhangend intellectuele stelsel” dat goed gedocumenteerd en vatbaar voor kritiek is. De pretentie dat de bestaande wetenschap alles van waarde zou kunnen voorspellen en bewijzen, is te hoog gegrepen. Jij wilde onze mening horen over feiten en logica van de kijk op God”, antwoord Carla aan Man.

“Laat ik met het Alomvattende – en de twee aspecten van “Een” bewustzijn – beginnen en daarna verdergaan met monotheïsme. Vandaar zou ik willen besluiten met de monotheïstische God in de gedaante van een mens. Om de vaart in onze zoektocht te houden lijkt het mij verstandig om het polytheïsme over te slaan”, zegt Man. feiten en logica 81[1]

“Ik denk dat jij gelijk hebt; er zijn verschillende goede inleidingen in de Godsgeschiedenis en in Wereldgodsdiensten waarin de verschillende vormen van polytheïsme worden behandeld”, zegt Narrator.

“Wanneer het nodig is om ons verder te verdiepen in polytheïsme dan kunnen wij dat altijd nog doen. Ik ben benieuwd naar jouw uitleg over de twee aspecten van “Een”- bewustzijn; ik kan mij er verschillende voorstellingen bij maken, maar ik weet niet of mijn gedachten stroken met wat jij gelezen hebt”, zegt Carla.

“In het “Commentary on the Awakening of Faith” door Fa-Tsang [2] heb ik een beschouwing gelezen over de Cosmologie [3] van “Een” binnen de Hua-Yen [4] tak – gebaseerd op de Avatamsaka Sutra [5] – van Zen Boeddhisme [6]. In zijn commentaar op de “Ontwaking van Geloof” beschrijft Fa-Tsang dat “Een”-bewustzijn bestaat uit:

  • “Thusness/Zodanigheid” – “Aldus” of “Evaṃ” [7] in het Sankriet. Het “Aldus”-aspect wordt beschreven als de essentie die zonder kenmerken de bron van leegte of śūnyata [8] vormt waarin alles in onderlinge afhankelijkheid ontstaat. Het “Aldus”-aspect is alles voordat het een naam kreeg en het is ook de leegte binnen Indra’s Net [9];

en

  • “Saṃsāra” [10] – of de “Samenloop der dingen”. Het “Samenloop der dingen”-aspect vormt de kenmerken en functies waarin alles in onderlinge afhankelijkheid ontstaat. Het “Samenloop der dingen”-aspect vormt de waargenomen eigenschappen van Indra’s Net; het is de “Gestalt” [11] of samenloop van dharmas [12] die in onderlinge afhankelijkheid en wederkerigheid in de leegte ontstaat.

feiten en logica 82 [13]

Deze beschrijving vormt meteen een probleem doordat de leegte of śūnyata door het ontbreken van kenmerken onuitspreekbaar is en doordat de mogelijkheden van kenmerken en functies die in onderlinge afhankelijkheid en wederkerigheid ontstaan, oneindig zijn. Wij kunnen dit niet onder woorden brengen en misschien moeten ik op dit punt met Wittgenstein concluderen: “Wovon man nicht sprechen kann, darüber muss man schweigen [14]“, zegt Man.

“Dat is een vraag; ik weet niet zeker of de mogelijkheden van kenmerken en functies die in onderlinge verbanden ontstaan, oneindig zijn [15]. Wanneer deze kernmerken en functies eindig zijn, dan zijn de afhankelijke combinaties ook eindig. Ga door met jouw inleiding”, zegt Carla.

“Ik herinner mij de “Terugblik op mijn onschuld” in jouw levensbeschrijving waarin jij – als jong meisje – aan de hand van luciferdoosjes had aangetoond dat jij in dezelfde vorm nog een aantal keren in het oneindige Universum kan bestaan.  De “Ontwaking van Geloof” lost het probleem van eindigheid en oneindigheid voorlopig op door te wijzen naar de leegheid en vluchtigheid van alle woorden en dharmas die slechts namen – zonder werkelijkheid – zijn voor illusionaire beeldvormingen”, zegt Narrator.

“Ik moet ineens aan hologrammen denken die tegelijkertijd illusionair en levensecht zijn. Hoe ouder ik wordt hoe meer mijn verleden op hologrammen lijkt: volkomen echt en werkelijk en op hetzelfde moment onecht en vluchtig”, zegt Man.

feiten en logica 83[16]

“Misschien moeten wij de vraag over de eindigheid of oneindigheid van śūnyata (of leegte) voorlopig laten rusten. Wij kunnen dit probleem verder onderzoeken wanneer wij tijdens onze Odyssee “leegte” als derde gangbare werkelijkheid aandoen”, zegt Carla.

“Dat is goed”, zegt Man.

“Bij het horen van het “Aldus”-aspect en het “Samenloop der dingen”-aspect van “Een”-bewustzijn kreeg ik de gedachte dat hiermee een synthese begon te ontstaan tussen de wereld van de Upanishads (met de nadruk op Ātman) en de Mahābhārata (met daarin het spanningsveld tussen enerzijds de wereldorde en plicht  (Dharmakshetra) en anderzijds het menselijk handelen (Kurukshetra)). Ik laat deze gedachte rusten totdat jij de inleiding hebt beëindigd”, zegt Narrator.

“De inleiding bij het Commentaar op het “Ontwaken van Geloof” gaat vervolgens verder met de structuur van bewustzijn. Ik zal deze in een vogelvlucht vertellen. “Een”-bewustzijn heeft aspecten van “Aldus”-bewustzijn en “Samenloop der dingen”-bewustzijn. Denken komt via een tussenstap voort uit het “Samenloop der dingen”- bewustzijn (of “Gestalt”- bewustzijn) [17].

feiten en logica 84[18]

Er zijn vijf vormen van denken:

  1. Bewustzijn van oorzaak en gevolg
  2. Bewustzijn van ontplooiing en evolutie
  3. Bewustzijn van manifestaties
  4. Bewustzijn van verschillen en illusies
  5. Bewustzijn van voortdurende effecten van oorzaak en gevolg [19]

Wanneer de eerste drie vormen van denken tevens gegrondvest zijn in de leegte van “Aldus”-bewustzijn, dan kunnen deze vormen een basis zijn voor Boeddhistische verlichting. De laatste twee vormen zijn de aanzet voor het vermogen tot onderscheid der dingen.

Het vermogen tot onderscheid leidt weer tot bewustzijn van afzonderlijke fenomenen:

  • Bewustzijn van lijden en vreugde
  • Op basis van verlangens die voortkomen uit lijden en vreugde, krijgen objecten vorm
  • Wanneer objecten zijn gevormd, dan ontstaan namen en symbolen – waaronder letters – voor objecten
  • Op basis van namen en symbolen ontstaan handelingen met “oorzaak en gevolg”
  • Verbonden met handelingen ontstaat lijden (en vreugde).

Daarna gaat de inleiding verder met een toelichting op ontaarde vormen van bewustzijn die hun oorsprong vinden in een combinatie van een hang naar illusies, symbolen, handelen enz. Misschien kunnen wij daar op ingaan bij de volgende gangbare werkelijkheid “Intensiteiten en associaties”.

Ik wil deze inleiding aan jullie voorleggen omdat het in vogelvlucht een integrale, gedifferentieerde en logische beschrijving geeft van het ontstaan van dingen en van de ontaarding van dingen. Daarnaast vind ik deze inleiding goed omdat hier een sacraal en profaan bewustzijn uit één oorsprong ontspruit en omdat tegelijkertijd verlichting/hemel, profaan/aards en ontaard/hel onderling in een alomvattend eenheid zijn verweven. In principe is – volgens deze inleiding – de verlichte/hemelse wereld gelijk aan ons aards bestaan [20]. Op basis van deze gedachtegang is de “Porta del Paradiso” altijd open; met onze gedachten en illusie sluiten wij de deur en plaatsen er een hek voor. Wat is jullie mening over deze inleiding”, zegt Man.

“In jouw reisbagage zag ik een boek over Hua-Yen Boeddhisme met de titel “Entry into the inconceivable [21]” (Ingang tot het onwaarneembare). Deze titel is ook goed van toepassing op jouw inleiding. Ik heb natuurlijk mijn gebruikelijke vraag bij de definitie van de eerste grondbeginselen van “Een”-bewustzijn. Maar mijn vragen en aarzelingen bij het uitgangspunt in jouw inleiding liggen op een veel abstracter en fundamenteler niveau dan bij alle andere parabels, verhalen en inleidingen over het ontwaken van bewustzijn. Ik ben benieuwd naar de derde gangbare werkelijkheid “Leegte” die wij zullen gaan onderzoeken op onze Odyssee. Bij het “Samenloop der dingen”-aspect en het vervolg heb ik aanvullingen, kanttekeningen en ook wel kritiek uit de fenomenologie, maar die kennen jullie al [22]”, zegt Carla.

“Ik kom terug op een mogelijk synthese tussen de wereld van de Upanishads en de Mahābhārata; jouw uitleg bij de inleiding op het Commentaar op het “Ontwaken van Geloof” laat inderdaad een mogelijkheid tot synthese zien op een hoog abstracte synthese met andere accenten. Omdat wij “licht” en “snel” reizen denk ik dat wij beter verder kunnen gaan. Ik ben benieuwd hoe jij “God zoekt de mens” met deze inleiding verbind. Maar laten wij eerst een rondje om het plein lopen”, zegt Narrator.


[1] “Schepping van de zon en maan”- detail van de fresco’s in de Sixtijnse Kapel in Vaticaanstad door Michelangelo. Bron afbeelding: http://en.wikipedia.org/wiki/God

[2] Zie ook: Vorenkamp, Dirck, An English Translation of Fa-Tsang’s Commentary on the Awakening of Faith. New York: The Edwin Mellen Press. 2004 p. 10 – 14

[7] In Sanskriet bestaat het woord “Evam” uit de werkwoordkern “e” dat “naderen, bereiken, nader komen” en het zelfstandig naamwoord “va” dat “wind, oceaan, water, stroom, gaan” betekent. Bron: electronische versie van het woordenboek Monier-Williams – MWDDS V1.5 Beta

[8] Zie ook: Leben, Man, Narrator – Een Weg. Amsterdam: Omnia – Amsterdam Uitgeverij, 2013, p. 110 – 112

[9] Zie ook: Origo, Jan van, Wie ben jij – Een verkenning van ons bestaan – 1. Omnia – Amsterdam Uitgeverij, 2012, p. 66 – 68

[10] Saṃsāra is samengesteld uit “sam” dat “samen, met, samen met” en “sāra” dat “loop, koers, uitbreiding, kracht, kern, waarde” in het Sanskriet betekent, waardoor Saṃsāra kan worden opgevat als “de samenloop der dingen”.

[12] Zie ook: Vijf gangbare werkelijkheden – feiten en logica 3

[13] Leegte (of śūnyata) en Gestalt (of Saṃsāra) kunnen worden vergeleken met leegte en zeepbellen; beiden vormen elkaar. Bron afbeelding: http://en.wikipedia.org/wiki/%C5%9A%C5%ABnyat%C4%81

[14] Zie ook: Wittgenstein, Ludwig, Tractatus Logico-Philosophicus. Amsterdam: Athenaeum-Polak & Van Gennip, 1976 p. 152

[15] Zie ook: Nārāyana, Narrator, “Carla Drift – Een Buitenbeentje, Een Biografie”. Amsterdam: Omnia – Amsterdam Uitgeverij, 2012, p. 156

[16] Voorbeeld van een hologram. Bron afbeelding: http://en.wikipedia.org/wiki/Holography

[17] Zie ook: Vorenkamp, Dirck, An English Translation of Fa-Tsang’s Commentary on the Awakening of Faith. New York: The Edwin Mellen Press. 2004 p. 14 – 15

[18] Bron afbeelding: http://de.wikipedia.org/wiki/Gestalttherapie

[19] Ergens stond geschreven dat zelfs de Goden zijn gebonden aan de wet van oorzaak en gevolg.

[20] Zie ook de parabel over hemel en hel verteld door een pastoor in Valkenburg in: Origo, Jan van, Wie ben jij – een verkenning van ons bestaan – deel 1. Amsterdam: Omnia – Amsterdam Uitgeverij, 2012 p. 82 – 83

[21] Cleary, Thomas, Entry into the inconceivable – An introduction to Hua-Yen Buddhism. Honolulu: University of Hawaii Press, 1983

[22] Zie ook: Nārāyana, Narrator, “Carla Drift – Een Buitenbeentje, Een Biografie”. Amsterdam: Omnia – Amsterdam Uitgeverij, 2012, p. 34 en 114

Narrator – terug naar de bewoonde wereld


Wij reden van de lege poort naar de Noord Kaap in het eeuwig licht. Geen nacht, geen duisternis, geen visioenen van vermoorde dorpelingen die wilde ontsnappen aan het vuur in het nachtelijk bos, geen nachtwake voor de adem van de overledenen, alleen de voortdurende dag waarbij de zon niet meer ondergaat aan de horizon. Deze vredige wereld zonder nachtelijke fantomen was mij nieuw. Eindelijk kon ik rustig slapen.

Mijn geliefde was in euforie over het passeren van de lege poort – zijn hier en nu was onbegrensd verbonden met het universum. Bij de Noord Kaap had hij geen slaap nodig; hij rustte vredig zittend op de grond terwijl ik sliep.

Noordkaap[1]

De heenreis naar de lege poort in het noorden was doelgericht verlopen. Bij de terugreis naar de bewoonde wereld maakten wij grote omwegen langs de kronkelende kust van de fjorden in Noorwegen. Mijn minnaar verdiepte zich vanaf de Noord Kaap in de oneindig in elkaar verweven werelden van de Avatamsaka Sūtra [2].

Mijn geliefde was diep bewogen door de overdaad aan beschrijvingen van de in elkaar vervlochten werelden. Stomverbaasd las hij dat er vele Boeddha’s in het verleden hadden bestaan en volgens de sūtra zouden er in de toekomst nog onnoembaar veel Boeddha’s volgen. Tot dat moment kende mijn minnaar met zijn Amerikaans Protestants Christelijke achtergrond maar één god. Nadat hij zich had verdiept in het Boeddhisme, was die ene god vervangen door Boeddha.

De weg naar de lege poort voerde naar een eenheid met het alomvattende Boeddhistisch universum, maar nu verkondigde deze sūtra het bestaan van oneindig vervlochten universa waarin vele, vele Boeddha’s waren verweven. Zijn verbijstering was volkomen, net zo volkomen als mijn verbijstering over de eeuwige dagen en over de oneindig in elkaar kronkelende scheiding van berglandschap en zee langs de oevers van de Noorse fjorden.

Geirangerfjord[3]

Bij onze terugkeer langs de Noorse kust kwamen de nachten met mijn duistere fantomen bijna ongemerkt weer terug. Ik hield weer de nachtwake terwijl mijn geliefde sliep. In de noordelijke havens en plaatsen was ik een bezienswaardigheid – er kwamen niet veel mensen met een blauw-donkere huidskleur. Gelukkig waren wij op doorreis; mijn masker van een idool vervloog bij het verlaten van de plaats.

Na een paar weken studie in de Avatamsaka Sūtra was mijn minnaar gewend aan de onderlinge vervlechting van de universa, maar hij las ook dat de universa zich in elkaar spiegelden en daardoor elkaar beïnvloeden. Hij kon dit verstandelijk bevatten wanneer hij naar het water en de lucht in de fjorden keek, maar deze denkwereld strookte niet met zijn culturele achtergrond. Zijn euforie en hemels geluk bij het passeren van de lege poort was geschokt na het lezen van deze sūtra.

Sonnefjord_Norway2[3a]

De beschrijvingen van Indra’s Net [4] bracht enige ordening in de verwarring die was ontstaan na het bestuderen van de vele met elkaar vervlochten werelden, maar hij ervoer dit model als gekunsteld. De euforie en bevrijding van de Noord Kaap veranderde in zorg en twijfel over een oneindig kronkelende weg die mijn minnaar in dit leven nooit zou kunnen voltooien. Een parabel van mijn vader – over een eindeloos leven met vele wedergeboorten waarin levende wezens in vele verschijningsvormen (van microbe tot verlichte mensen en goden via afzonderlijke universa) de weg naar een gelukzalig bestaan bewandelden – gaf geen rust. De beschrijving van de 32 verblijfplaatsen “van Hellen, Titanen, Hongerige geesten, Dieren, Mensen, Goden in 22 categorieën naar vijf sferen van oneindige ruimte, bewustzijn en leegte” [5] in de lange toespraken van Boeddha ontlokten mijn geliefde sombere opmerkingen.

Wij besloten vanaf de Sognefjord via een directe route langs de Staafkerken naar Oslo te reizen. Wij bezochten eerst de kerk in Kaupanger en daarna de oudste staafkerk in Urnes met een crucifix waarvan een deel van de originele verf volgens de gids uit Afghanistan afkomstig was. In de kerk was de donkere nacht met een schijnsel van boven – buiten de overdaad van het zomerse licht.

Stave_church_Urnes,_panorama[6]

Mijn geliefde en ik maakten een dagtocht over de hoogvlakte van de Hardangervidda [7]. Naar het noorden leken de wolken en het landschap eindeloos verder te gaan. Mijn minnaar vergeleek de zich herhalende wolken met de in elkaar vervlochten universa uit de Avatamsaka Sūtra. Hij vroeg zich af hoe wij de verlichting van de vervlochten universa kunnen bewerkstelligen. Ik gaf aan dat de wolken en de werelden voor zichzelf kunnen zorgen; de wind is overal  hetzelfde – uiteindelijk is geen tweede wind [8]. Na mijn terloopse opmerking begon mijn geliefde weer te stralen; zijn zorgen en verwarring waren vervlogen. Mijn nachtelijke fantomen bleven terugkeren.

800px-Hardangerviddaflora[9]

De vreugde van mijn geliefde bleef in mijn leven totdat hij het volgende voorjaar terugkeerde naar zijn ouderlijk huis.


[2] Zie ook: http://en.wikipedia.org/wiki/Avatamsaka_Sutra. De volledige naam van deze sutra is: “ Mahāvaipulya Buddhāvataṃsaka Sūtra ( महावैपुल्यबुद्धावतंसकसूत्र)” of “De enorm uitgebreid prachtig gedecoreerde guirlande van bloemknoppen sūtra”, waarin “Avatamsaka” onder meer “schitterende guirlande” betekent en “sūtra” staat voor “overdracht van het goede”.

[3a] Bron afbeelding: http://nl.wikipedia.org/wiki/Sognefjord

[4] Zie ook: Origo, Jan van, Wie ben jij – een zoektocht naar ons bestaan, deel 1. Amsterdam: Omnia – Amsterdam Uitgeverij, 2012, p.66 – 68

[5] The Long Discourses of the Buddha. Massachusetts: Wisdom Publications, 1995 p. 38-39

[8] Zie: Cleary, Thomas, Book of Serenity – One Hundred Zen Dialogues. Bosten: Shambhala, 1998 p. 110.

Filosofie achter “Wie ben jij – Een verkenning van ons bestaan” – Deel 1


“Wie ben jij – Een verkenning van ons bestaan – 1” begint met een achttal inleidende berichten waarin de achtergrond, het kader en de reikwijdte van de zoektocht worden geschetst. De zoektocht is beschreven in de vorm van een queeste, een hedendaagse mythe en een Odyssee die in een thuiskomst gaat eindigen.

In deel 1 van de beschrijving van de zoektocht komen de eerste drie hoofdstukken (van de 17 hoofdstukken) aan de orde. Daarna volgt tot besluit een intermezzo voordat de hoofdpersonen in deel 2 de zoektocht in wereld van alledag gaan vervolgen. In deel 3 van de verkenning overstijgen de hoofdpersonen de alledaagse wereld. Aan het einde van de Odyssee – in nul – volgt de thuiskeer.

In hoofdstuk 1 van deze Odyssee beleven de hoofdpersonen volkomen de filosofische stroming van het Monisme [1]. Binnen de metafysica beargumenteert het Monisme dat de verscheidenheid van bestaande dingen of entiteiten terug te brengen zijn tot één substantie of realiteit waardoor het fundamentele karakter van het universum één samenhangende eenheid vormt.

In de Oosterse wijsbegeerte komt het Monisme in verschillende gedaanten terug in de Upanishads, het Hinduïsme, het Taoïsme en het Boeddhisme. Het Christendom kent op vele plaatsen directe en indirecte verwijzingen naar het Monisme. In de westerse samenleving na de industriële revolutie heeft Schopenhauer [2] zich met zijn studie van de Upanishads [3]  – waaronder de īśāvāsya [4] (of Isha) Upaniṣhad [5] – en van het Boeddhisme verdiept in het Monisme.

[6]

Francis Herbert Bradley [7] heeft studie gemaakt van het Monisme in onder meer zijn essay ‘On Truth and Coherence’ uit 1909.

[8]

Aan het einde van hoofdstuk 1 wordt Indra’s net [9] uit de Avatamsaka Sutra [10] als overgang naar het Atomisme – en tevens als synthese tussen het Monisme en het Atomisme – beschreven. Volgens de Avatamsaka Sutra hebben de stofdeeltjes uit het net van Indra gevoelens en behoeften. Zij kennen woede, vreugde en kennis en onkunde. Zij kunnen ook alles binnen hun reikwijdte gelukkig maken. Het net van Indra kan gezond zijn en ziek zijn [11]. Het net van Indra wordt door de hoofdpersonen in verschillende dimensies bezien aan de hand van een 10 minuten durende film “Powers of Ten” van Ray en Charles Eames uit 1968 (en opnieuw uitgebracht in 1977) [12].

In hoofdstuk 2 van de zoektocht naar “Wie ben jij” doorleven de hoofdpersonen het Atomisme [13]. Zij zijn tezamen met hun omgeving na de oorspronkelijke eerste scheiding van Hemel en Aarde in onnoemelijk veel deeltjes uit elkaar gevallen totdat de allerkleinste deeltjes zijn bereikt. De atoomfysica is de vorige eeuw uitgebreid bestudeerd door vele natuurkundigen: deze studie heeft geresulteerd in veel kennis en nog veel meer vragen [14]. In de filosofie zijn Bertrand Russell [15] en Ludwig Wittgenstein [16] in zijn jong volwassen leven [17] aanhangers van het logisch atomisme geweest.

[18]

[19]

In hoofdstuk 3 van de queeste naar “Wie ben jij” wordt bezien op welke wijze het onderling vertrouwen wordt gevestigd en bestendigd. Hiervoor worden de “persoon in het midden” en verschillende “objecten in het midden”  waaronder de kerk, bezinningsruimten, het offer, het Lam Gods, de Duif, het Woord  en de “Geest in het midden” bezien.

Als voorbereiding op het leven van alledag hebben de hoofdpersonen een beknopte studie gemaakt van de vijf skanda’s die volgens het Boeddhisme alles geven wat zij nodig hebben voor hun geestelijke ontwikkeling. In een terugblik bij hun thuiskeer zullen de hoofdpersonen bezien of deze bewering – en alle andere ervaringen – zinvol en betekenisvol zijn.

In dit intermezzo bezien zij het eigenbeeld van roeiers dat afhangt van de resultaten van het roeien,  en vervolgens de gevolgen van de waanzin van oorlog aan de hand van de Peloponnesische Oorlog in Griekenland 2500 jaar geleden.

Tot slot wordt door een van de hoofdpersonen aan de hand van de openingszin uit het Johannes Evangelie in het Nieuwe Testament vertaald in het Sanskriet door de eeuwige wind de binding met het Monisme – waarin ook God en de Goden zijn opgenomen – hervonden.

Een zucht van de wind

In het ruisen van de bomen

Licht Jouw stem weer op” [20]


[3] Upanishad betekent letterlijk: “neerzitten naast”. Zie ook: http://en.wikipedia.org/wiki/Upanishads

[5] Een woordelijke vertaling van de Isha Upanishad is verkrijgbaar via de volgende hyperlink: http://www.arsfloreat.nl/documents/Isa.pdf

[11] Zie ook: Cleary, Thomas, The Flower Ornament Scripture, a Translation of the Avatamsaka Sutra. Boston: Shambhala, 1993, p. 363.

[12] De film “Powers of Ten” is te zien via de hyperlink: http://www.powersof10.com/film

[14] Brian Greene heeft toegankelijke boeken geschreven over de atoomfysica, relativiteitstheorie en kwantummechanica. Zie ook: http://en.wikipedia.org/wiki/Brian_Greene

[17] Zie ook: Sluga, Hans, Wittgenstein. Oxford: Wiley – Blackwell, 2011

[19] Bron afbeelding: http://en.wikipedia.org/wiki/Ludwig_Wittgenstein (fair use of small image)

[20] Mozes zag en hoorde – de stem van – God in de brandende braamstruik. Zie Oude Testament, Exodus 3:2

Man Leben – interview 4


Het vorige interview ging over liefde in jouw leven. In dit bericht volgen enkele vragen over de laatste verrassing in jouw leven.

“In het laatste deel van jouw leven heb jij je verdiept in Oosterse wijsheid. In deze beschrijving verwijs jij geregeld op een indirecte manier naar een vorm van verlichting. Ben jij verlicht?”, vraag ik.

“Alles is verlicht. Niets, zelfs niet het allerkleinste deeltje is uitgezonderd. Alles is in al haar verschijningsvormen volkomen natuurlijk verlicht”, zeg jij.

“Ook alle hebzucht, alle misdraden, alle moorden, alle waanbeelden, alle onzin en ijdelheid?”, vraag ik.

“Verlichting is zo natuurlijk als inademen en uitademen waarbij inademen en uitadem verschijningsvormen zijn van verlichting. Een glimp van de volkomen verlichting hebben wij ervaren toen wij aan het einde van de middag op onze Odyssee bij de aanlegplaats “Twee – nacht aan het begin van de lente” [1] na een lange dagtocht zijn aangekomen op het schiereiland. De volgende ochtend om zes uur hebben wij aan het begin van de lente de zon in het oosten zien opkomen. Wij hebben ons die middag gewassen in het water bij het schiereiland, ons afgedroogd en schone kleren aangetrokken en daarna hebben wij hout gesprokkeld voor het vuurtje in een oud conservenblik. Dit is vrij weergegeven de samenvatting van de Diamant Sutra die rechtstreeks verlichting weerspiegeld [2]. De eigenlijke samenvatting is “evam” [3] – het eerste woord van deze sutra in Sanskriet – of in het Nederlands “aldus”. Iedere handeling, ieder woord en iedere ademhaling is volkomen verlicht. Ik vind de foto van de zonnebloemen in de kop van de weblog “Wie ben jij” passend. Iedere zonnebloempit op deze foto omvat het hele universum volkomen en volledig”, zeg jij.

“Waar ontstaan alle misdraden, alle moorden, alle waanbeelden, alle hebzucht, alle onzin en ijdelheid?”, vraag ik.

“Wij zijn bij tijdens aanlegplaats “Een” bij Pantheïsme de metafoor “Indra’s net” [4] voor het gehele universum tegengekomen. Indra’s net [5] is in de Huayan school [6] van het Boeddhisme een metafoor voor alles, voor verlichting en ook voor illusies en waanbeelden. Als een glazen parel in het net een illusie of waanbeeld weergeeft, dan wordt deze illusie of waanbeeld door alle andere glazen parels in het net weerspiegelt. Als een parel verlicht is, dan wordt de verlichting in alle andere parels weerkaats. Of als wij deze metafoor naar ons dagelijks leven vertalen, als hebzucht, misdaad in ons leven is, dan heeft dat invloed op alles en iedereen; en als een persoon of ding verlicht is, dan straalt deze verlichting naar alles en iedereen in het universum. Of praktisch, als wij vasthouden aan bezit, of zondigen tegen de tien geboden, dan beïnvloedt dit het hele universum; en als wij bezit verzorgen en delen en passend handelen en niet-handelen, dan weerspiegelt dit in alles en iedereen. Vandaar de Boeddhistische aansporing – Werk hard en toon compassie met alles en iedereen; zonder niets en niemand uit”, zeg jij.

[7]

“De gedachtegang kan ik volgen. Ik laat de beelden bezinken. Op onze Odyssee komen wij nog genoeg uitdagingen tegen. Vele boeken over Boeddhisme beschrijven verlichtingservaringen. Heb jij verlichting persoonlijk ervaren?”, vraag ik.

“Jij doelt op de ervaring om opgenomen te zijn in alles en iedereen in al haar manifestaties. Ik weet niet hoe, maar als ik terugkijk dan is dit altijd mijn grondhouding geweest ook als ik verblind was door verliefdheid, boosheid of verdriet. Wel kan ik het duidelijker onder woorden brengen sinds ik in een boek heb gelezen dat er voor een verlichte geest geen verschil is tussen de vinger die naar de maan wijst en de maan, zoals er op gelijke wijze ook geen verschil is tussen de golven en de oceaan. [8] Daarvoor heb ik in bezinningsbijeenkomsten vaak het voorbeeld genoemd van de vinger wijzend naar de maan die niet verwart mag worden met de maan. Nadat ik deze passage heb gelezen, is het ineens duidelijk dat de uitingsvormen “de vinger”, “de maan” en “de gedachten hierover” onderling volkomen verbonden zijn. Alles en ieder zijn hier heel natuurlijk manifestaties van”, zeg jij.

“Jouw beschrijving van “het lot van mensen dat bepaalt dat wij mogen zitten tussen veranderende vuurtjes en as” en “de bloesem die van stof naar stof gaat”, vind ik schrijnend mooi en pijnlijk. Misschien zal de beschrijving van mijn leven deze schoonheid en pijnlijkheid verduidelijken. Probeer jij verder te leven als een Boeddha of Bodhisattva zoals beschreven in de Avatamsaka sutra [9]?”, vraag ik.

[10]

“Ik ben geen heilige. Ik verheug mij op de beschrijving van jouw leven en van Narrator en daarna het vervolg van onze Odyssee”, zeg jij.

“Mag ik de berichten over jouw leven voorzien van een inleiding en een slot bundelen tot een biografie?”, vraag ik.

“Als dit na mijn dood wordt uitgegeven”, zeg jij.

In het volgende bericht vertel ik over het begin van mijn leven.


[1] Zie bericht: “Twee – Nacht aan het begin van de lente” van 25 april 2011

[2] Zie: Red Pine (Bill Porter), The Diamond Sutra. New York: Counterpoint, 2001 p. 39.

[3] Zie: Lopez, Donald S. – The Heart Sutra explained 1990 p 34; “The commentary Vajrapâņi has high praise for the word evam (thus), the word with which sūtras begin. Those four letters are the source of the 84.000 doctrines taught by the Buddha and are the basis of all marvels.”

Zie ook: Red Pine (Bill Porter) – The Diamond Sutra 2001 p 41-42; “Commentaries have written volumes on the profundity of evam (thus). Does it mean “like so”, or does it mean “just so”? And what is the difference? Is this sutra the finger that points to the moon, or is it the moon itself?”

Zie ook: Holstein, Alexander. Pointing at the Moon. 1993 p 49; voor de verlichte geest van een Zen meester is er mogelijk geen verschil tussen de vinger die naar de maan wijst en de maan, zoals er op gelijke wijze ook geen verschil is tussen de golven en de oceaan.

[4] Zie bericht: “Een – Pantheïsme – Indra’s net” van 8 april 2011

[8] Bron: Holstein, Alexander. Pointing at the Moon. Rutland: Charles E. Tuttle Company, 1993, p. 49